Jan trok een spijtig gezicht. "He, - wat is dat vervelend. Ik moest mijn oom hier ontmoeten om met hem mee te rijden. Het is die manke meneer. Oom Luuk. Maar ik ben zijn adres vergeten."
"Oom Luuk, he?' zei de monteur, wandelde naar een werkbank en keek op een vuil papiertje. "Ik heb hier zijn adres opgeschreven, dus daar bof je bij. Stationsweg 26B."

 

 

Arie werd er allesbehalve eenzaam. Hij zat op dat ogenblik in de stationsrestauratie (van Amersfoort), met Masters en Strauss, en dronk koffie. Op vroege ochtendlijke uren is een stationswachtkamer dikwijls de beste plaats om koffie te halen.